TERUGBLIK

Gepubliceerd op 22 oktober 2022 om 16:28

Maandenlang leefden we toe naar onze eerste grote tocht, de tocht naar de Oostzee. We troffen voorbereidingen en eindelijk was het zover, we vertrokken uit Lelystad. De reis was fantastisch en smaakt naar meer! Helaas zit onze tocht er inmiddels weer op, maar de herinneringen blijven en vragen om een vervolg op deze tocht. Ongetwijfeld komen er voorbereidingen op een nieuwe reis, maar nu blikken we eerst terug op deze reis!

Tocht naar de Oostzee

In de voorbereidingen voor onze eerste grote tocht, hebben we in ons vaarplan de route van Vlieland naar Brunsbüttel gepland. De eerste etappe zou daarmee dus van Lelystad naar Vlieland zijn. Al daags voor vertrek blijkt de wind hiervoor niet erg gunstig. Daarbij opgeteld dat de kans dat je een plek vindt in de haven van Vlieland in het hoogseizoen vrij minimaal is, maakt dat we naar een alternatief zoeken. Den Oever en Den Helder lijken beter bereikbaar en de kans op een plekje in de haven is daar aanmerkelijk groter. De extra af te leggen mijlen vallen in het niet op de grote afstand die we moeten afleggen. 

Gezien de windverwachtingen moeten we eigenlijk zaterdag op de Noordzee zijn, omdat er dan een gunstige zuidenwind van 4 Bft waait. Helaas kunnen we vrijdag pas begin van de avond uit Lelystad vertrekken, dus dat betekent dat we ook deze eerste dag al flink moeten doorhalen om dit plan te kunnen realiseren. Met een middernachtelijke tussenstop in Stavoren en een tankstop in Den Helder varen we uiteindelijk zaterdagmiddag de Noordzee op.

Tussen de Razende Bol en Texel door begint de tocht boven de Waddeneilanden langs. Er komt een stukje rust over ons, we hebben onze planning gehaald. De wind is echt fantastisch, het is schitterend zeilweer. De golfslag is maar beperkt, omdat de golven zich door de zuidenwind maar over korte afstand kunnen opbouwen. Hoe mooi kun je het hebben!

Onze plannen om 's nachts twee uur op/twee uur af door te varen, bevallen prima. Degene die aan het roer staat is met een lifeline gezekerd aan één van de banden die - zowel aan bakboord als aan stuurboord - van voor naar achter over het dek lopen. De ander ligt in de kajuit op de bank in vol ornaat - dus met jas en schoenen aan - onder een dekbed te slapen. Mocht hulp nodig zijn, dan kan diegene meteen te hulp schieten. Voor de zekerheid hebben we beiden ook een telefoon op zak. Mocht de stuurautomaat niet ingeschakeld kunnen worden en de wind zodanig hard zijn dat het roepen verwaait in de wind, dan kunnen we nog met elkaar bellen. Alles voor een stuk veiligheid. Door het rustige zeilweer kan deze nacht in principe alles op de stuurautomaat gevaren worden, dus hebben we onze noodmaatregelen niet nodig.

 Enkel bij het passeren van de geplande boeien, moeten we even opletten of we niet op ramkoers liggen met de ton en in de gaten houden of de stuurautomaat netjes om de ton heen manoeuvreert. Het is rustig op het water, dus van ander verkeer is niet of nauwelijks sprake. Met behulp van de plotter is het mogelijk om te kunnen plaatsen welke lichtjes op het water welke ton markeren. Onder het maanlicht is het eigenlijk helemaal niet zo donker. Bij het licht worden blijkt dat het eigenlijk moeilijker navigeren is bij daglicht, omdat tonnen dan pas op veel kortere afstand zichtbaar worden.

Ter hoogte van de Jade begint het allemaal wat minder te worden.  De wind staat tegen, de stroom is tegen en het gaat ook nog regenen. Het stuk vanaf hier naar Cuxhaven is bikkelen. Op de top van de stroom tegen, komen we nog maar 1,5 Kts per uur vooruit, zelfs kruipen gaat nog sneller dan deze 2,8 km/h. Als je dit wilt voorkomen, moet je zorgen dat je dit punt met stroom mee bereikt. Dat was voor ons in dit geval niet haalbaar, doordat we niet eerder konden vertrekken uit Lelystad en door de wind die we op de Noordzee mee wilden pakken.

De volgende ochtend pakken we vanaf Cuxhaven wel de stroom mee naar Brunsbüttel. Ondanks dat blijft de Elbe een vervelend stukje vaarwater met veel gehots en gebots. De passerende vrachtschepen veroorzaken met hun snelheden van wel 13 Kts veel golfslag waar je op bedacht moet zijn. Een zijwaartse golf legt de boot flink op zijn kant. Goed opletten en de boot met zijn kont in de golf leggen als er één aankomt, maakt het opvangen een stuk comfortabeler. 

Bij Brunsbüttel hebben we mazzel, omdat we meteen door kunnen varen de sluis in, daar hoor je zat andere verhalen over. Verder is er weinig positiefs over deze sluis te melden. Het is een oud ding en de drijvende steigers maken het gereedmaken voor het schutten geen hobby. Omdat deze steigers net iets hoger liggen dan de waterlijn moet je van flinke hoogte springen. Als de boot eenmaal vastligt aan de ringen op de steiger is het wel makkelijk, je hoeft geen lijnen te laten vieren.

Na het onstuimige water van de Elbe en de eerste ervaring met de sluis, is het Kielerkanaal een verademing. De vrachtschepen mogen hier maar 8 Kts varen, dus er is maar zeer beperkte golfslag. Ook wij moeten door op de motor. Zeilen bijzetten is ook vrij kansloos, omdat - zelfs als de wind goed staat - de begroeiing langs het kanaal ons de wind uit de zeilen neemt. Omdat het kanaal alleen bij daglicht mag worden bevaren door de pleziervaart, zoeken wij na 40 à 45 km een plekje voor de nacht in het Gieselaukanaal, een prachtige omgeving! Het eerste echte rustpunt op deze tocht. De resterende 55 à 60 km is vervolgens wel erg saai, omdat het heel veel van hetzelfde is. Wij treffen ook nog drie rode lampen langs het kanaal, wat zoveel betekent dat we moeten wachten achter de dukdalven tot twee vrachtschepen elkaar gepasseerd hebben. De tip van de dag is om alleen te wachten als deze schepen al in zicht zijn. In alle andere gevallen is er geen enkel probleem om deze elders op het kanaal te passeren, wat je op de gehele route sowieso al gedaan hebt.

Aan het eind van het kanaal - net voor de sluis van Holtenau -  is een kleine steiger met een betaalautomaat om een ticket te kopen voor het bevaren van het kanaal. Ook hier hoeven we maar even te wachten voordat we de sluis in mogen. Deze sluis is volledig vergelijkbaar met die bij Brunsbüttel, ook oud en ook met drijvende steigers. De metalen roosters op de steigers zijn hier vervangen door rubber matten. De werking is verder hetzelfde. Als we de sluis uitvaren, voelen we een soort feeststemming. Na 4,5 dag varen hebben we dan eindelijk de Oostzee bereikt!

Afstand door het water: 380,0  NM; Duur: 57 uur en 51 minuten; Gemiddelde snelheid: 5,3 Kts

Rondreis op de Oostzee

Friedrichsort - Eckernförde - Marstal - Æroskøbing - Drejø - Fynshav - Mjels - Høruphav - Maasholm - Laboe

De eerste haven na het bereiken van de Oostzee is een beetje een deceptie. Vieze steigers en weinig sfeervol. Het ankergebied naast de haven ziet er beter uit. Aangezien wij met name naar Friedrichsort toe waren gegaan in de hoop een nieuwe accu te kunnen kopen, is deze Kieler Stickenhörn haven een logischer optie. De havenmeester is al vertrokken en we moeten onze douchemunten bij het verderop gelegen hotel halen. De opgebroken straten werken niet sfeerverhogend. De watersportwinkel is al gesloten. De plaatstelijke Döner Kebab-zaak is dan weer een prettige verrassing. Ook de volgende ochtend lukt het ons niet om hier een accu te regelen.

We maken een prachtige zeiltocht naar Eckernförde, een nabijgelegen fjord. Het is prachtig weer en het opkruisen is geen straf. In Eckernförde liggen we aan de drukke buitensteiger. Het lijkt wel een soort camping op deze steiger met alle mensen gezeten op tuinstoelen en de vele BBQ's. Bijzonder, maar wel gezellig! De havenmeester adviseert ons de op loopafstand gelegen Haga Baumarkt voor het kopen van een accu. Rammelend met een winkelwagen door het stadje kunnen we gelukkig ons accu-probleem voor nu verhelpen. We ontmoeten hier Martin en Bettina van de Mabetica met hun prachtige Noordkaper 43. Zij hebben geruime ervaring in zeilen èn geruime ervaring in dit gebied. We krijgen de nodige leuke tips. De eilanden ten zuiden van Fyn schijnen de moeite van het bezoeken meer dan waard te zijn!

Dit maakt dat wij de volgende dag verder zeilen naar het eiland Ærø. De Deense vlag wordt gehesen. Aangezien de wind niet optimaal is zoeken we een plek in de haven van Marstal. Het is er druk, maar er is nog een box vrij. Het is onze eerste ervaring met een veel te lange box deze vakantie. We moeten de lijnen zelfs aan elkaar knopen. Er staat een vervelende zijwind en dat maakt het moeilijk om zonder brokken aan te leggen. Een Nederlands stel wat aan dezelfde steiger ligt helpt ons waar ze kunnen. De eigenaar van de Deense boot waar we naast komen te liggen, gluurt alleen over de rand van zijn kajuit of we zijn boot en de buiten de boot stekende zonnepanelen niet beschadigen. Een beetje een lompe actie, help liever een handje! Paul Michèl kan het niet laten om hem in quasi-Deens wat toe te roepen. Hoewel onverstaanbaar voor de Deen, begrijpt hij de strekking wel. Ondanks de verhalen over Marstal niet heel enthousiast zijn, vinden wij het best een heel aardig dorpje. Je waant je terug in de tijd tussen de vrolijk gekleurde gevels en de gedateerde modezaken.

Het maakt ons wel nieuwsgierig naar Æroskøbing. Dit plaatsje staat beter aangeschreven. De route hier naartoe loopt grotendeels via een betonde vaargeul. Onder ons passeert een regenfront waar wij ook wat spetters van meepakken. De vrolijk gekleurde pleeborstels lijken willekeurig geplaatst langs de vaargeul, een beetje oppassen is dus wel op zijn plaats. De haven van Æroskøbing is nog drukker dan die van Marstal. Lege boxen zijn er niet meer, maar een vriendelijke Deen biedt ons meteen aan langszij te komen liggen aan de kop van de steiger. Een waaier van boten aan de kop van de steiger is hier overigens vrij gebruikelijk. Op mijn eerder geplaatste oproep in Facebook-groep ZeilNoord om tips over de omgeving, krijgen we hier reactie van Pieter van de Fortuna. Hij ligt twee steigers verderop met zijn gezin. Alle mogelijkheid dus om even wat tips en verhalen uit te wisselen. De zon is weer doorgebroken. De korte broeken kunnen weer aan en we lopen het kneuterige, gezellige en kleurrijke dorpje in. Een gerookt visje en een plaatselijk biertje verhogen de feestvreugde.

Ondanks de windvoorspellingen voor morgen niet zo gunstig zijn - meest van de dag windkracht 5 - lokt een nieuwe plek. We vertrekken naar het eilandje Djerø in de hoop hier wat vroeger op de dag nog een plaatsje te kunnen vinden in de kleine haven. De zee is zoals verwacht onstuimig, maar binnen een uur zijn we al bij Djerø en we boffen, er is een plekje. Nu we zo vroeg zijn, hebben we alle tijd om het eiland uitgebreid te verkennen. We pakken wandelschoenen en rugzak en gaan op pad. Achteraf kunnen we zeggen dat dit eiland ons het meest is bijgebleven van deze vakantie, wat is het hier fantastisch mooi! Meer dan de moeite waard om nog eens naar terug te keren. Toch gaan we de volgende dag weer verder, de tijd die we op de Oostzee hebben is immers beperkt.

De volgende ochtend worden we vroeg gewekt door de eerste veerboot die aankomt. Als wij klaar zijn voor vertrek naar Dyvig, worden we allervriendelijkst geholpen om van lager wal weg te komen uit de haven. Buiten de haven is het met een goede windkracht 4 fantastisch zeilweer. De zwarte wolken die samenpakken aan onze stuurboordzijde kunnen we gelukkig op afstand houden. Helaas neemt de wind sterk af en blijkt ook nog om het eiland Als mee te draaien, constant vol tegen dus. Enigszins teleurgesteld in de voorspelkracht van onze windapps wijken we uit naar Fynshav. De haven is niet zo vol, maar dat blijkt ook een reden te hebben. Er is hier werkelijk helemaal niets te beleven, het dorpje is niks en zal ook nooit iets worden. Wij maken het ons maar gemakkelijk op de boot en maken plannen voor morgen. Via ZeilNoord horen we van Mariëtte en Tjalling van de Salina dat zij ook onderweg zijn naar Dyvig.

De volgende ochtend is het water zo glad als een spiegel, wat eigenlijk betekent dat we nog steeds op de motor naar Dyvig zullen moeten varen. Een nachtje wachten heeft dus geen soelaas gebracht. Ook vandaag draait de weinige wind die er is om het eiland mee en is daardoor constant pal tegen. Begin van de middag varen we via een heel smal en slingerend vaargeultje de fjord van Dyvig binnen. Hier zien we de Salina voor anker liggen. We leggen langszij en kletsen even wat. Wij varen vervolgens verder naar de kleinere fjord van Mjels. De betonning bestaat uit lichtroze (oorspronkelijk rood/oranje) en groene ballen. Helemaal duidelijk is het niet, doordat ook hier de betonning niet in een vloeiende lijn ligt. Waar het lijkt dat de tonnen de route naar een ankerplek aangeven, blijkt dit achteraf de vaargeul richting de haven te zijn. Net rechts buiten de vaargeul lopen we vast, terwijl de waterkaart en de plotter een diepte van minimaal 3 meter aangeven. Wat een pech! We vragen hulp aan de havenmeester. Deze kan 's avonds na zijn werk komen helpen, dus de rest van de middag zwaaien wij vrolijk naar voorbijgangers die denken dat we daar voor anker liggen, poetsen de boot, eten en relaxen wat. Als rond een uur of zeven 's avonds een vlot met daarop drie mannen en een kleine oude buitenboordmotor onze kant op komt, bekruipen ons toch wel lichte twijfels of dit voldoende zal zijn om onze boot weer los te trekken. Gelukkig komt er op hetzelfde moment ook een vissersbootje langs met een flinke motor erachter. Met vereende krachten komt de boot na meer dan een uur duwen en trekken los. Een scheepstoeter van een Nederlands schip dat voor anker ligt klinkt luid in de baai! Voorzichtig tussen de ballen door navigerend bereiken we de haven, waar we met de mannen een paar biertjes drinken op de goede afloop.

De volgende ochtend verlaten we deze prachtige plek met vriendelijke mensen op weg naar Høruphav. Deze plaats ligt aan de zuidkant van het eiland Als en is redelijk dicht bij Sønderborg, een plaats die we graag willen bezoeken. Het is mooi weer op deze dag met wederom geen wind. We genieten van de zon, het water en de mooie uitzichten. In Sønderborg komen we onze eerste klapbrug tegen van deze vakantie. Het gaat er nogal chaotisch. Als de seinen eindelijk op groen gaan is het de bedoeling dat boten van beide zijden tegelijkertijd de brug passeren, tja... Aan de andere kant varen we het volgende fjord in op weg naar Høruphav. Een schitterende omgeving en we vinden een mooi plekje in de haven.

De volgende dag maken we een uitstapje met de bus naar Sønderborg. De eerste relatief grote stad die we deze vakantie aandoen. Het is gezellig. De winkels liggen in een uitgebreide voetgangerszone. We lopen verder langs de haven en brengen een bezoekje aan het kasteel, dat we gisteren al vanaf het water hebben zien liggen. Langzaam aan wordt het tijd om weer wat af te gaan zakken naar het zuiden.

De volgende dag vertrekken we daarom richting Maasholm. Er staat een windkrachtje 3 en we moeten opkruisen. Het weer is fantastisch. Dichter langs de kust moeten we opletten met ander bootverkeer, maar verder is het vooral heerlijk relaxed. De Duitse vlag moet weer gehesen worden. Voordat we de fjord naar Maasholm in varen, nuttigen we nog de avondmaaltijd. Daarna zetten we de motor aan en varen zo het laatste stukje naar Maasholm. Hierbij passeren we een schattig haventje op de hoek van de fjord. Jammer dat we zo laat zijn en er geen plek meer is. De haven van Maasholm biedt gelukkig voldoende plek. Het is eigenlijk een prima haven, het is alleen wat wazig hoe je havengeld moet betalen en waarom je het water op de steigers niet zou kunnen drinken.

Maasholm zelf is een heel klein vissersplaatsje wat we in de ochtend bezoeken alvorens onze laatste tocht op de Oostzee te maken naar Laboe.

Het is druk op het water. Er zijn verschillende zeilwedstrijden, veel zeilboten, motorboten, surfers en ook nog beroepsvaart. Het maakt wel dat er wat te beleven valt. Laboe blijkt behalve vanaf het water ook in de praktijk een leuke badplaats. Het wordt volop bezocht door strandgasten. Het is de eerste keer dat wij langs een strand lopen waar een kaartjesautomaat bij de opgang staat. Waarschijnlijk is het nodig gezien de beperkte capaciteit en de grote aantallen bezoekers. Hier in Laboe eindigt onze rondreis over de Oostzee. Wat hadden we graag meer tijd en - ja, om eerlijk te zijn - ook wat meer wind gehad. We komen hier weer terug. Hopelijk met wat meer tijd tot onze beschikking. Voor nu rest ons de komende dagen alleen de terugtocht naar Nederland.

Afstand door het water: 228,5  NM; Duur: 39 uur en 26 minuten; Gemiddelde snelheid: 4,8 Kts

Terugtocht naar Nederland

Veel te snel zit onze tijd op de Oostzee er weer op. We moeten beginnen aan de terugtocht. Vanuit Laboe zijn we zo bij de sluis van Holtenau. We varen met een aantal zeilboten op. Bij de sluis draait ook al een enkele boot rondjes. Wie had kunnen bedenken dat we hier ruim twee uur later nog steeds rondjes zouden liggen draaien in de bloedhitte en dan met meer dan 30 boten. De eerste lag hier al om half acht en cirkelt hier al ruim 3 uur eindeloos rond. Wat is de diepere gedachte hiervan? Hoewel er nauwelijks nog ruimte is om met z'n allen rondjes te draaien, wordt ons wel verzocht om ruimte te geven aan de overige scheepvaart...

Hoe dan??? Rond half twaalf mogen we eindelijk de sluis in, dat werd tijd! Jammer dat sommigen dan asociaal gedrag laten zien, door plank gas de sluis in te varen of hun boot met het grootste gemak voor de jouwe te gooien.  Het schutten loopt verder voorspoedig. Na het kopen van een ticket voor het Kielerkanaal bij de nabijgelegen kaartautomaat aan de steiger, varen we als één van de laatsten het kanaal op. Nog een flink eind te gaan vandaag. Plan was namelijk om in één keer de 100 km van het Kielerkanaal af te leggen naar Brunsbüttel.

Het is wel een beetje afzien in de hitte. We spannen de tarp en houden ons koel met ijskoude drinkflessen. Onderweg slaan we aan het rekenen of we de andere kant van het kanaal voor zonsondergang kunnen halen. Dat zou inderdaad net moeten kunnen en voor de zekerheid zetten we de motor nog een tandje harder om de haalbaarheid te vergroten. Precies voor zonsondergang draaien we het kleine haventje bij de sluis van Brunsbüttel binnen waar we gezellig langszij kunnen gaan liggen bij de Salina. De magen knorren, dus we gaan zo snel mogelijk naar het naastgelegen restaurant nu het nog geopend is. Hier bestellen we een heerlijk maaltje en komen in contact met de bemanning van de Stoere Johanna uit Ketelhaven. Het klikt en voor we het weten worden we met behulp van een gratis glaasje grappa vriendelijk verzocht om langzaamaan te vertrekken, omdat de tent gaat sluiten. Het is dat we om 4.00 uur alweer op moeten staan, maar anders hadden we het aan boord van de Stoere Johanna ook nog gezellig gemaakt. Dat gaat er zeker nog een keer van komen!

Na een kort nachtje varen we om half vijf 's ochtends naar de sluis. We melden ons bij de sluiswachter en mogen meteen de sluis in varen. Kijk, daar houden we van! Voor we het weten vervolgen we onze route over de Elbe naar Cuxhaven om daar nog een tankstop te maken. We trotseren de sterke dwarsstroom en vlak achter de Salina varen we de haven in. De diesel blijkt op aan de pomp en het lijkt ons niet dat daar op zondag nog verandering in zal komen. Gelukkig moeten wij nog ruim voldoende brandstof hebben om Helgoland te kunnen halen. En aangezien Helgoland hoog op het lijstje stond om op de terugweg aan te doen, is de keuze snel gemaakt! 

 Via het Lüchterloch kunnen we mooi een stuk afsnijden van de route. Ook vandaag is het schitterend weer. Het is onze eerste ervaring op zee zonder land in zicht. We varen in een denkbeeldige cirkel van water onder een blauwe hemelkoepel. Het is zo gaaf! Rond half drie bereiken we Helgoland. De haven is geen aanrader, want niet meer dan een vierkante bak met 6 meter hoge kademuren, één drijvende langssteiger en een enkele relatief kleine box. Het eiland is zeer toeristisch, maar zeker de moeite waard. Het heeft een gezellig centrum met kleurrijke huisjes en de kliffen met Jan van Genten aan de andere kant van het eiland zijn zeer bijzonder.

De volgende ochtend kunnen we hier voor slechts €1,55 per liter de tank weer vol gooien en daarna vervolgen we onze tocht naar Vlieland. De wind laat het ook vandaag een beetje afweten, dus we varen de hele weg op de motor. We houden het weer ondertussen nauwlettend in de gaten in de hoop het dreigende onweer voor blijven. Boven Norderney is het zwart, maar dat blijft ons gelukkig bespaard. Het wordt door alle bewolking wel een donkere nacht, waarbij we voornamelijk op de plotter moeten navigeren. De tonnen zijn goed verlicht, maar op 12 NM afstand kunnen we deze toch niet ontwaren. Tegen de ochtend naderen we Vlieland. We melden ons via de Marifoon. Het is zeer druk horen we. Vervolgens krijgen we de vraag waar we vandaan komen. Met ons antwoord 'Helgoland' krijgen we meteen een box aangewezen. Zo zetten we rond 8.00 uur weer voet op Nederlandse bodem in de haven van Vlieland. We gaan douchen en ontbijten en puffen even wat uit, voordat we fietsen huren en het eiland gaan verkennen. In de middag strijken we neer op het strand en genieten van het zonnetje. 's Avonds gaan we nog even buurten bij de Salina.

De volgende ochtend is het vrij onstuimig met een windkracht 5 à 6 en regen. Het wordt een mooie tocht. Het is hard werken, maar wel echt zeilen! Als we ons uiteindelijk compleet verzopen bij Marina Makkum melden, is daar helaas geen plek meer voor ons. Gelukkig kunnen we wel in Workum terecht. Het wordt de laatste nacht op de boot. Morgen zeilen we het laatste stuk terug naar Lelystad.

Het is wederom een mooie dag met weinig wind. We doen het rustig aan en genieten van deze laatste dag op het water. Rond half zeven leggen we weer aan in onze thuishaven in Lelystad. Wat een fantastische tocht, wat jammer dat het erop zit en wat smaakt dit naar meer en langer! We sluiten de vakantie af met een heerlijke maaltijd in de Soos van de Vereniging. Daarna pakken we onze spullen en rijden weer naar huis.

Afstand door het water: 362,5  NM; Duur: 58 uur en 35 minuten; Gemiddelde snelheid: 5,4 Kts


Totaaloverzicht

In de onderstaande tabel staat een totaaloverzicht van onze hele tocht. 

  • De afgelegde afstanden in nautische mijlen,
  • onze gemiddelde snelheid in knopen en
  • de duur in uren en minuten nauwkeurig,

staan hier voor iedere etappe in opgenomen. Onder aan de streep hebben we deze reis 970,8 NM afgelegd, dit is in kilometers een slordige 1.798 km. In totaal hebben we hier bijna 156 uur over gevaren met een gemiddelde snelheid van 5,2 Kts (9,6 km/h). Een mooi gemiddelde dat iets lager ligt dan de van te voren verwachte 5,5 Kts (10,2 km/h). Dit komt met name door de sterke stroom tegen op de Elbe, de vele dagen met weinig wind en het urenlang ronddobberen voor de sluis bij Holtenau.


Wij hebben genoten!

Wat hebben we ongelofelijk genoten van deze reis en wat hebben we veel zin om plannen te maken voor een nieuwe verre reis. Het 's nachts doorvaren is ons 100% meegevallen. Het twee uur op/twee uur af schema beviel ons uitstekend. Het putte ons niet uit en maakt dat we het zeker ook aandurven om meerdere nachten door te varen, waardoor we bijvoorbeeld in drie dagen naar Noorwegen zouden kunnen varen. Het was doorgaans fantastisch weer en dat heeft ongetwijfeld meegeholpen aan de geweldige ervaring. Maar ook de mindere dagen hebben we prima doorstaan. Op de heenweg op de Elbe was het doorbijten, maar op de terugweg op de Waddenzee was het genieten ondanks de regen.

We houden jullie op de hoogte als de voorbereidingen voor een nieuwe reis beginnen. En tot die tijd hopen we nog regelmatig korte tochten te maken, nu nog in de nazomer, straks in de winter en daarna weer in het voorjaar. Natuurlijk verschijnt hier dan ook weer een blog van. Zo'n blog is uiteraard een geweldige herinnering voor onszelf, maar het is minstens zo fantastisch om je ervaringen te delen met andere liefhebbers van zeilen en het thuisfront. Alle bloglezers hartelijk bedankt voor de mooie, lieve en enthousiaste reacties. Het maakte dat het een feestje was om na iedere tocht weer een blog te schrijven! 

Wij zouden het erg leuk vinden als je een reactie achterlaat. Naast de mogelijkheid om hierboven een 'hartje' te geven om ons te laten weten dat je de blog leuk vindt, bestaat hieronder de mogelijkheid om een persoonlijke reactie te plaatsen. De met een * gemarkeerde velden moeten verplicht worden ingevuld. Naam en bericht worden gepubliceerd, het e-mailadres niet. Wil je graag een mailtje krijgen, zodra er een nieuwe blog wordt geplaatst, meld je dan aan via onze Contact-pagina.

Reactie plaatsen

Reacties

B. Jonkergouw
3 jaar geleden

Goed verhaal. Hoe lang zijn jullie in totaal weg geweest? 3,4 of 5 weken?

Zeilboot Ohana
3 jaar geleden

Helaas maar 3 weken! Maar het was het meer dan waard om zo'n eind voor te varen. En hoe meer tijd op de Oostzee, hoe fijner natuurlijk!